Page 101 - the art of living 2010-2
P. 101

the·art·of·living 101 

www.benthemcrouwel.nl 

De nieuwbouwplannen voor het Stedelijk Museum bestaan  
al jaren. Aanvankelijk hadden 120 architecten uit de hele  
wereld  interesse  getoond  voor  de  opknapbeurt  van  het 
museum. Uit de jaren negentig stammen de ontwerpen  
van de Amerikaan Robert Venturi en de Portugees Alvaro 
Siza. Nadat de gemeente Amsterdam en deze architecten  
deinitief afscheid namen van elkaar, was de weg vrij voor  
een nieuwe  aanbesteding.  Met  een voorlopig  schetsplan  
wist  Benthem  en  Crouwel  te  overtuigen.  “Wij  wilden  
graag  een  eyecatcher  maken  om  het  Stedelijk  ook  weer 
internationaal op de kaart te zetten”, aldus Crouwel. 
De jury koos voor Benthem Crouwel door de ‘eenheid in 
tweevoud’. “Het ontwerp is zo krachtig dat de gewenste  
oriëntatieverandering van het museum richting Museum-
plein vanzelfsprekend tot stand komt”, aldus het juryrap- 
port. De nieuwe hoofdingang van het Stedelijk verschuift 
in de plannen van Benthem Crouwel van de Paulus Potter  
-straat naar het Museumplein. Daar verschijnt vanaf het 
bestaande gebouw een reusachtige luifel die over de hele  
gevellengte veertig meter naar voren steekt. In deze vleugel  
moeten  het  auditorium  en  twee  tentoonstellingszalen  
komen. Ondergronds komen de overige zalen en multi-
functionele  ruimtes,  met  vides  voor  daglicht.  Onder  de  

vleugel is op straatniveau een piazza voor de hoofdingang.  
Het  nieuwe  entreegebied  vormt  met  de  aangrenzende  
 publieke ruimten als kenniscentrum, winkel en restaurant  
een grote, open transparante ruimte tegen de achtergrond 
van het rode baksteen van het zichtbare oude gebouw. 
Flexibel gebouw
Het bestaande gebouw blijft intact en wordt teruggebracht 
in  de  originele  staat.  “We  hebben  niet  de  naam  extra- 
vagant te zijn en voor ons is dit een behoorlijk spacy ont- 
werp”, aldus Crouwel. “De grap is dat het er van buiten  
heel spectaculair uitziet, maar binnen zie je louter rustige,  
rechthoekige zalen met mooi licht. Het is dus helemaal 
voor de kunst gemaakt; buiten voert de architectuur de  
boventoon en binnen de kunst. Ik ken het Stedelijk goed  
en  ken  de  grote  collectie  uit  de  vorige  eeuw.  Voor  het  

  gebouw  hebben  we  vooral  gekeken  naar  de  naoorlogse  
 periode van Sandberg en daarna. Het gebouw is lexibel,  
want ik weet zeker dat andere directeuren die er nog gaan  
komen  toch  weer  bijvoorbeeld  een  hele  vleugel  willen  
gebruiken voor een expositie of alles om willen gooien.  
Dus het gebouw van Weissman is niet speciiek voor de  
vaste  collectie  en  het  nieuwe  gebouw  voor  de  tijdelijke 
tentoonstellingen: alles is mogelijk.”  

Benthem Crouwel ontwerpt 
nieuw Stedelijk Museum Amsterdam
   96   97   98   99   100   101   102   103   104   105   106